Gemiddelde snelheid
Natuurkunde voor niveau vwo 2, havo 4, vwo 6, havo, vwo, havo 3, vwo 3, havo 5, vwo 4, havo 2, vwo 5, vwo, 2, vwo, 6, vwo, 3, vwo, 4, vwo, 5
Diagnostische vragen over gemiddelde snelheid
gemiddelde snelheid, snelheid, afstand, oppervlaktemethode, iol
Hieronder zie je de dia’s inclusief toelichting. Gebruik de knop hieronder om de presentatie (Powerpoint) te downloaden.
Download presentatie (.pptx)

Misvatting: Leerlingen hebben moeite om (x,t) en (v,t) diagrammen uit elkaar te houden.
In een (x,t)-diagram is eenparige beweging te herkennen aan een rechte lijn. De lijn loopt niet horizontaal, dus de snelheid is niet 0.
A De helling neemt toe (de lijn loopt steeds steiler), dus de snelheid is niet constant..
B Correct
C De plaats blijft gelijk, dus de snelheid is 0 m/s

Misvatting: Leerlingen halen de begrippen plaats, verplaatsing en snelheid vaak door elkaar.
A Dit is de beginplaats gedeeld door de tijd. Maar om de snelheid te vinden moet je het verschil in plaats delen door de tijd.
B Correct
C Je hebt waarschijnlijk de eindsnelheid gedeeld door de eindtijd. Dit is echter niet de helling van de lijn. De formule is v=Δ𝑥Δ𝑡. Je moet dus het verschil in plaats nemen, hier 120 – 40 = 80 m.
D Dit is de afstand die is afgelegd (Δ𝑥), maar de snelheid is gevraagd.
E Dit is de plaats, niet de snelheid. Als het een (v,t) diagram was geweest, dan was de eindsnelheid inderdaad 120 m/s geweest.
Misvatting: Leerlingen halen de begrippen plaats, verplaatsing en snelheid vaak door elkaar.
A Dit is de beginplaats gedeeld door de tijd. Maar om de snelheid te vinden moet je het verschil in plaats delen door de tijd.
B Correct
C Je hebt waarschijnlijk de eindsnelheid gedeeld door de eindtijd. Dit is echter niet de helling van de lijn. De formule is v=Δ𝑥/Δ𝑡. Je moet dus het verschil in plaats nemen, hier 120 – 40 = 80 m.
D Dit is de afstand die is afgelegd (Δ𝑥), maar de snelheid is gevraagd.
E Dit is de plaats, niet de snelheid. Als het een (v,t) diagram was geweest, dan was de eindsnelheid inderdaad 120 m/s geweest.

Misvatting: Leerlingen hebben moeite om (x,t) en (v,t) diagrammen uit elkaar te houden.
Hoe steiler het (x,t) diagram, hoe groter de snelheid. Grafiek B is het steilst, en beschrijft dus de beweging met de hoogste snelheid
A Deze grafiek is van een voorwerp dat stilstaat.
B Correct
C Deze grafiek eindigt het hoogst, maar hij begint al met een voorsprong. Het verschil in plaats is groter bij grafiek B
D Deze grafiek is van een voorwerp dat stilstaat.

De vragen en toelichtingen vallen onder een CC BY-SA 4.0 licentie https://creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0